Hoe Noord-Frankrijk een proeftuin werd voor nieuwe woonvormen
In Villeneuve-d’Ascq bij Rijsel vind je vele wijken met collectieve woningen uit de jaren 1970. Ze tonen hoe vernieuwing in de volkshuisvesting toen samenviel met visionair stedelijk denken en maatschappelijke vooruitgang. Bewoners zijn nog altijd tevreden met deze open en groene Modèles Innovation, al is renovatie na een halve eeuw wel nodig.
In de jaren 1970 bevond Frankrijk zich op een kantelpunt wat betreft huisvesting, stedelijke expansie en sociaal beleid. De snelle groei van de steden, samen met de teleurstellingen over de monotonie van de naoorlogse grootstedelijke woningbouw, dwongen de overheid om anders te denken over de manier waarop woningen en wijken werden ontworpen en gebouwd. Het gloednieuw gebouwde Villeneuve-d’Ascq bleek daarvoor een uiterst geschikt speelveld.
Kritiek op het modernisme
In de naoorlogse periode en tot ver in de jaren 1960 was het modernisme toonaangevend: gebouwen werden ontworpen met een focus op functionaliteit. Er werd gebouwd in serie en liefst zo grootschalig mogelijk, vaak met uniforme wijken en strakke lijnen. Maar rond de jaren 1970 vonden veel architecten en stedelijke planners deze modernistische benadering te afstandelijk en onpersoonlijk.
Stilaan begon de kritiek te groeien: men verlangde naar meer kleinschaligheid, variatie, sociale samenhang en aandacht voor de menselijke maat. Architecten introduceerden nieuwe woningtypen, meer participatie van bewoners bij het ontwerpen, en opvallende structuren die zich onderscheidden van de voorgaande, sobere bouwstijl. De innovatie zat in een streven naar warme materialen, geborgen architectuur en integratie van natuur en publieke ruimte – een trend die uitdrukkelijk afstapte van de modernistische architectuur met haar kille en afstandelijke karakter.
Residentie "La Salamandre" - Villeneuve-d'Ascq - Modèle innovation SALAMANDRE © Bart Noels
Huisvesting opengebroken
In de jaren 1970 lanceerde de Franse overheid het Plan Construction, een ambitieus programma dat gericht was op innovatie en modernisering in de bouwsector. Dit plan maakte deel uit van een bredere strategie om via centrale planning (aménagement du territoire) economische en sociale vooruitgang te realiseren.
Tussen 1973 en 1975 werden drie nationale concoursen georganiseerd waarin voorstellen voor experimentele woonmodellen werden geselecteerd en ondersteund: de Modèles Innovation. Het hoofddoel was een definitieve breuk met de uniforme, seriematige flatwijken uit de jaren 1950-’60. De overheid wilde het denken over volkshuisvesting openbreken: niet langer alleen focussen op kwantiteit en technische rationaliteit, maar op kwaliteit van leven, woonplezier, duurzaamheid en architecturale diversiteit.
De Modèles Innovation vormden een definitieve breuk met de uniforme, seriematige flatwijken uit de jaren 1950-’60
De meeste Modèles Innovation zijn gebouwd in de departementen Nord en Pas-de-Calais, er zijn maar liefst vijfentachtig projecten gerealiseerd volgens vijftien verschillende modellen. Het Plan Construction en de nationale overheid wilden extra aandacht gaven aan deze sociaaleconomisch kwetsbare regio. Elders in Frankrijk zijn sommige projecten te vinden, maar nergens in zo’n omvang en dichtheid als in Noord-Frankrijk.
Les "Pyramides du Lac" - Villeneuve-d'Ascq - Modèle innovation Maisons Gradins Jardins © Bart Noels
Teams van architecten, ingenieurs en bouwbedrijven werden aangemoedigd om samen te werken en innovatieve oplossingen te presenteren, variërend van nieuwe constructietechnieken zoals grootschalige prefabricatie tot radicale typologische veranderingen zoals het herbepalen van de grens tussen individueel wonen en collectief samenleven.
Villeneuve-d’Ascq als laboratorium
Residentie "La Salamandre" - Villeneuve-d'Ascq - Modèle innovation SALAMANDRE© Bart Noels
Villeneuve-d’Ascq, gebouwd ten oosten van Rijsel als een van de vijf villes nouvelles van Frankrijk, bood het ideale laboratorium voor zulke experimenten. De stad werd in korte tijd uit de grond gestampt om aan de enorme demografische druk te beantwoorden. Anders dan vroeger stond niet alleen groei voorop, maar vooral een nieuw woonmodel dat greep probeerde te krijgen op de behoeften van moderne gezinnen.
In Villeneuve-d’Ascq werden meerdere projecten als Modèle Innovation gerealiseerd: onder meer de Pyramides du Château, de Maisons Gradins Jardins en de Residentie La Salamandre. Typerend aan deze voorbeelden is dat de architecten streefden naar een hybride woonvorm die de privacy, lichtinval en buitenruimte van een eengezinswoning nastreefde, maar met de efficiëntie en de gemeenschappelijke delen van collectieve huisvesting.
Nergens in Frankrijk zijn er zoveel Modèles Innovation gebouwd als in de departementen Nord en Pas-de-Calais
De innovatie bleef niet beperkt tot het design. Zo werden nieuwe bouwmethoden ingezet om woningen sneller, kwalitatiever en goedkoper te realiseren, bijvoorbeeld door geprefabriceerde betonelementen te gebruiken en modulaire structuren te ontwerpen.
In bijna elk woonblok werden collectieve tuinen, trappenstructuren en gemeenschappelijke ruimtes voorzien om de sociale interactie te vergroten. Privéterrassen, direct contact met de groene buitenruimte en flexibele plattegronden waren revolutionair voor de tijd.
Gelijkwaardig wonen
De Modèles Innovation waren meer dan een technische oplossing: ze boden een visionaire, humanistische reactie op zowel de sociale spanningen van de tijd als de energiecrisis van 1973. Daarbij was het sociale aspect fundamenteel: de wijkindeling, publieke pleinen, scholen en winkels werden geïntegreerd in de urbane matrix, met als doel een inclusieve, leefbare en duurzame stad te bouwen. Het beleid was erop gericht gelijkwaardig wonen voor iedereen mogelijk te maken en sociale uitsluiting te vermijden – een radicale breuk met de grootschalige, van voorzieningen verstoken woonkazernes van het recente verleden.
Residentie "La Salamandre" - Villeneuve-d'Ascq - Modèle innovation SALAMANDRE© Bart Noels
Het erfgoed van de Modèles Innovation in Villeneuve-d’Ascq is vandaag het bewijs van deze ambitie. Veel van deze wijken zijn inmiddels als architectuurerfgoed erkend: ze illustreren de zoektocht naar een betere balans tussen innovatie en degelijkheid, individualiteit en collectiviteit, techniek en humane woonkwaliteit.
Waar de massale hoogbouw uit de naoorlogse periode in diskrediet raakte, blijft Villeneuve-d’Ascq herinneren aan een moment van creatieve doorbraak en vooruitstrevend overheidsbeleid – een voorbeeld, toen én nu, van hoe vernieuwing in de volkshuisvesting hand in hand kan gaan met visionair stedelijk denken en maatschappelijke vooruitgang.
Actueel, maar renovatie nodig
Vandaag worden de gebouwen uit de jaren 1970 in Villeneuve-d’Ascq op verschillende manieren beleefd. Veel bewoners waarderen de moderne woonconcepten en het ruime, groene karakter dat destijds zo kenmerkend was voor de stad. De grote open ruimten, groene zones en experimentele wijkopzet – typische kenmerken van de innovatieve stedenbouw uit de jaren 1970 – zorgen nog altijd voor een prettig woonklimaat. Vooral gezinnen en mensen die de rust van suburbaan wonen waarderen, vinden de leefomgeving aangenaam, met hofjes, brede lanen en volop mogelijkheden om te wandelen of te recreëren.
Wat betreft het wooncomfort is het beeld genuanceerd. Veel woningen uit deze periode zijn ruim opgezet en voorzien van modern comfort naar de maatstaven van de bouwtijd. De aanwezigheid van privétuinen, garages en lichtinval wordt vaak positief beoordeeld. Tegelijkertijd zijn er, door de leeftijd van de gebouwen, tegenwoordig wel renovatiebehoeften. Technische installaties, isolatie en bouwmaterialen uit de jaren 1970 voldoen niet altijd meer aan de huidige normen voor energiezuinigheid en comfort. Renovatie en vernieuwing zijn nodig: dakbedekking, isolerende beglazing en verduurzamen van installaties.
Les "Pyramides du Lac" - Villeneuve-d'Ascq - Modèle innovation Maisons Gradins Jardins © Bart Noels
In een aantal complexen klagen bewoners over akoestiek, slechte geluidsisolatie of technische problemen in de bouwconstructie, zeker bij de modellen waar veel is geëxperimenteerd met nieuwe technieken.
Toch wonen mensen over het algemeen graag in deze jarenzeventigwijken. Bewoners noemen naast de praktische ligging en bereikbaarheid juist de groene, open opzet vaak als sterke troef.
‘Opmerkelijke hedendaagse architectuur’
De Franse overheid heeft het label Architecture contemporaine remarquable toegekend aan twintig wooncomplexen uit de jaren 1970 in de regio Hauts-de-France. Dit label is in 2016 ingevoerd ter vervanging van het eerdere label Patrimoine du XXe siècle en is bedoeld om opmerkelijke voorbeelden van hedendaagse architectuur van minder dan honderd jaar oud zichtbaar te maken en te waarderen. Het label richt zich op gebouwen die een bijzondere maatschappelijke, culturele of technische betekenis hebben in de recente architectuurgeschiedenis van Frankrijk.
De Modèles Innovation boden een visionaire, humanistische reactie op zowel de sociale spanningen van de tijd als de energiecrisis van 1973
Vier van deze gelabelde gebouwen bevinden zich in Villeneuve-d’Ascq: de wooncomplexen Residentie Village de l’Ouest, Residentie La Salamandre, Residentie Les Facultés,en Residentie Les Pyramides du Lac. De selectie en toekenning gebeurde onder begeleiding van experts als Richard Klein, architect, onderzoeker en hoogleraar architectuurgeschiedenis, gespecialiseerd in naoorlogse en eigentijdse Franse architectuur.
Meer lezen
- Richard Klein en Caroline Bauer, Modèles innovation. Les Derniers modernes, Éditions du Patrimoine, 2023
- De website van Franse nationale monumenten








Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.