Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

Publicaties

Context bij cultuur in Vlaanderen en Nederland

‘Ik heb je boek niet, maar je ziekte wel’
0 Reacties
column Thomas Heerma van Voss
literatuur

‘Ik heb je boek niet, maar je ziekte wel’

Behalve een feestelijke aangelegenheid is het uitbrengen van een nieuw boek ook onvermijdelijk een les in nederigheid en geduld.

Ruim een maand geleden vond de boekpresentatie van mijn roman Condities plaats. Hoewel ik mijn ex-vriendin ineens veel meer miste dan in de dagen ervoor, was het een fijn samenkomen, alles verliep zoals het op zulke avonden behoort te verlopen; er werden lovende woorden uitgesproken door de uitgever en een collega-schrijfster, bijna al mijn vrienden en familie hadden zich in een liefdevolle kring verzameld, de alcohol vloeide, mensen kochten ruimschoots exemplaren in en hier en daar klonk een eerste enthousiaste kreet over de inhoud.

Twee dagen na de presentatie werd ik geacht voor te lezen in een matig gevuld zaaltje in een middelgrote stad. Er was een tafeltje opgetuigd met daarop drie exemplaren van mijn boek en vijf exemplaren van de collega-dichter die ook voorlas. De boekverkoopster zei toen ik binnenkwam grijnzend: “Gefeliciteerd met je eerste roman, geweldig!”

Ik prevelde een bedankje, pauzeerde, zei toen toch maar: “Het is niet mijn eerste.”

“Huh, wat? Jawel, toch? Ik dacht dat je alleen verhalen had geschreven.”

“Nee, dus ook romans. Twee zelfs.”

De dichter, die eigenlijk nog zelden poëzie schreef en vooral bekend was als publieke interviewer en media-persoonlijkheid, mengde zich in het gesprek. “Ik heb je geloof ik over allebei die romans geïnterviewd!”

“Is dat zo?”, vroeg ik aarzelend.

“Ja, ja, ja. Eentje over een man in Amsterdam-West. De Da Costa Kade, toch?”

“Ja”, zei ik, al had hij het over een boek van mijn broer, ik schaamde me voor mijn nederigheid, misschien ook wel voor het feit dat mijn eigen verhaal niet bekender was.

Bij het voorlezen maakte ik ietsje meer versprekingen dan gebruikelijk.

In de weken die volgden – en waarin ik geduldig wachtte op respons, iets anders zat er niet op – werd ik twee keer aangekondigd als “schrijver van de roman Constellaties”. Mensen hadden het over Conditie en De condities, twee begonnen zelfs over mijn boek Complicaties, iemand die ik niet kende stuurde me een mail van vijf pagina’s die erop neerkwam dat hij halverwege Constructies was afgehaakt.

Mensen hadden het over ‘Conditie’ en ‘De condities’, twee begonnen zelfs over mijn boek ‘Complicaties’

Tussendoor waren er ook kleine en minder kleine triomfen. Enkele fijne recensies, inhoudelijke reacties van mensen die ik hoog heb zitten, mijn ex die voor het eerst in jaren het woord “trots” tegen me gebruikte, een voorleesbeurt bij het maandelijkse programma Mensen Zeggen Dingen waarbij de compleet gevulde, opvallend jonge zaal mijn vertrouwen in de toekomst van de letteren in een klap deed vervijfvoudigen.

Ook werd mij verzocht, wie weet een gevolg van mijn columns op deze website, in enkele Vlaamse boekhandels te komen voorlezen.

Een dag voor mijn eerste optreden besloot ik alvast van huis te gaan, zodat ik twee oude vrienden weer kon zien en rustig ergens op café wat kon werken.

Net toen mijn trein de grens overstak, kreeg ik een appje van de publiciteitsmedewerker die het evenement georganiseerd had. “Tja… Elf aanmeldingen. Vind je dat de moeite waard? Je kunt ook gewoon thuisblijven. Misschien praktischer.”

“Ik ben al onderweg”, antwoordde ik, en daar was de schaamte al, ik kreeg het sterke vermoeden dat ik haar met mijn woorden teleurstelde.

Na enig aarzelen stuurde ik ook een tweede bericht: “Voor elf mensen vind ik het ook de moeite waard.”

Klopte daar iets van? Mijn nederigheid viel nauwelijks te onderscheiden van lafheid, een drang te pleasen.

Om de tijd te doden struinde ik later door de Vlaamse stad waar ik verwacht werd, langs oude pakhuizen en kroegen. Ik stapte een boekhandel in die ik niet kende en de verkoper kwam uit zichzelf naar me toe: “Ik heb je boek niet, maar je ziekte wel.”

Meteen begreep ik dat ik die zin nooit zou vergeten. Dat de zin me misschien wel meer zou bijblijven dan sommige recensies of inhoudelijke reacties, dat ik hem mogelijk in mijn achterhoofd zal horen als ik over jaren aan dit boek terugdenk, en dat dit ongetwijfeld meer over mij onthult dan ik zou willen.

Als ik me ergens niet voor schaam, onthoud ik het veel minder snel

Andere auteurs zouden van mijn afgelopen weken wellicht een succesverhaal kunnen smeden: nieuw werk! Recensies! Presentatie! Lof! De grens over! Bij mijn herinneringen dient de zweem gêne zich automatisch aan, soms denk ik dat ik mijn herinneringen zelfs daarmee filter: als ik me ergens niet voor schaam, onthoud ik het veel minder snel.

Van de elf aangemelde personen verschenen er negen. Ze luisterden beleefd naar de vragen van de uitstekend voorbereide interviewer Thomas Smolders en naar mijn antwoorden. Ik vatte samen wat voor mij de belangrijkste thema’s zijn, ik had het over geduldig wachten en de dichtbevolkte boekenmarkt, ik las een fragment voor.

Na afloop stapte een vrouw die ik niet kende ferm op me af. “Het is fijn dat je ook een beetje understatements gebruikt in je woorden. Sommige mensen nemen het allemaal veel te serieus. Ik ga je boek zeker lezen.”

Terwijl ik in gesprek raakte met de paar anderen die nog waren overgebleven, zag ik de vrouw uit mijn ooghoek naar de kassa lopen. Ze kocht het debuut van iemand anders en verdween.

Thomas Heerma van Voss

Een dikke pot inkt

Aanmelden

Registreer je of meld je aan om een artikel te lezen of te kopen.

Sorry

Je bezoekt deze website via een openbaar account.
Je kunt alle artikelen lezen, maar geen producten kopen.

Belangrijk om weten


Bij aankoop van een abonnement geef je toestemming voor een automatische herabonnering. Je kunt dit op elk moment stopzetten door contact op te nemen met emma.reynaert@onserfdeel.be.