Dé spellingbijbel verschijnt na volgend jaar niet meer in druk. Zelfs taalpuristen hoeven daar geen slaap voor te laten.
Hoe schrijf je “instaën”? “Zero-emissiezone”? “Eftelingesk”? Wie het antwoord in het Groene Boekje zoekt, is eraan voor de moeite. De woorden zijn nog niet opgenomen in de recentste druk, die dateert van 2015. Als ze de volgende editie halen, zal dat meteen de laatste keer zijn: het Groene Boekje, het iconische naslagwerk voor spelling, zal in 2026 voor het laatst in print verschijnen. Misschien is dat wel logisch. Zijn digitale evenknie is – met 1,9 miljoen unieke bezoekers in 2024 – goed ingeburgerd. En daarin is een woord als “instaën” al een hele tijd gewoon te vinden.
Taalbeleid
In 1980 werd het Taalunieverdrag gepubliceerd. Daarin werd uitgemaakt wie beslist over het lot van de spelling, en dus ook het Groene Boekje: de “Hoge Verdragsluitende Partijen”. Oftewel: de Taalunie. Dat blijft natuurlijk vrij abstract: de Taalunie is een Vlaams-Nederlandse beleidsorganisatie met verschillende organen en nog meer medewerkers, met elk hun eigen bevoegdheden.

© de lage landen
De bekendste is de algemeen secretaris, tegenwoordig Gunther Van Neste. Hij leidt het Algemeen Secretariaat en bereidt samen met zijn medewerkers en de andere adviserende organen het beleid voor. Toch is hij niet degene die heeft beslist om nu het laatste Groene Boekje uit te geven. Die bevoegdheid ligt bij zijn bazen: de ministers van Onderwijs en Cultuur van Vlaanderen en Nederland. Zij vormen samen het Comité van Ministers en bepalen vanuit die constellatie het gemeenschappelijke taalbeleid voor Vlaanderen en Nederland.
Toen het Comité van Ministers de spellinghervorming van 1995 goedkeurde, besliste het meteen ook dat er om de tien jaar een geactualiseerde editie van het Groene Boekje moest komen en dat bekeken zou worden of er een nieuwe spellinghervorming nodig was. In 2005 kwam er inderdaad een bijsturing van de spellingregels en een nieuwe editie, in 2015 alleen een nieuwe editie van het Groene Boekje. Sinds 2005 kunnen we het Groene Boekje ook online raadplegen onder de naam woordenlijst.org. Die website wordt sinds 2015 meerdere keren per jaar aangevuld, gecorrigeerd en geactualiseerd, in tegenstelling met zijn papieren tegenhanger die het nog steeds met één editie om de tien jaar moet doen.
Leidraad
Staat op de website woordenlijst.org hetzelfde als in het Groene Boekje? En als dat zo is, waarom heten ze dan niet gewoon hetzelfde? Daarvoor moeten we even terug in de tijd.
De eerste editie van wat we nu het Groene Boekje noemen, verscheen in 1954. Alleen was dat niet de officiële titel. Dat was Woordenlijst Nederlandse Taal. Het was (en is) dus in de eerste plaats een woordenlijst, een register van woorden in de juiste, officiële spelling. Het boekje bevatte een leidraad met in het kort de spellingregels zelf met voorbeelden en een uitgebreide lijst van woorden waar veel vragen over zijn, zoals samenstellingen met een mogelijke tussen-n, of waarvan de correcte spelling ondanks de regels niet duidelijk is.

© Martijn Beekman, Rijksoverheid / Vooruit
In 1954 bestond er bovendien naast een voorkeursspelling ook een “toegelaten spelling”, vooral voor bastaardwoorden als product/produkt of october/oktober. De Woordenlijst gaf toen voor elk woord uitsluitsel over wat de voorkeursspelling was. Vanwege zijn groene omslag noemden veel mensen de nieuwe spellingbijbel al snel “het Groene Boekje” in de plaats van het omslachtige “Woordenlijst Nederlandse Taal”.
De Woordenlijst Nederlandse Taal van 1954 mag dan wel het eerste Groene Boekje zijn, het was niet de eerste spellingwoordenlijst. Kort door de bocht kunnen we stellen dat het de derde is. De eerste heette Woordenboek voor de Nederduitsche spelling en verscheen in 1805. Het was de aanvulling bij de eerste officiële spelling van de Nederlandse taal: Verhandeling over de Nederduitsche spelling ter bevordering van de eenparigheid in dezelve van Matthias Siegenbeek. De spelling gold alleen voor het huidige Nederland, want België maakte toen deel uit van Frankrijk. De tweede woordenlijst, de Woordenlijst voor de spelling der Nederlandsche Taal, was onderdeel van de nieuwe officiële spelling van 1866, opgesteld door De Vries en Te Winkel. Die Woordenlijst diende later als basis voor de Woordenlijst Nederlandse Taal uit 1954, het eerste Groene Boekje.
Veertig jaar lang was dit Groene Boekje hét referentiepunt voor de correcte spelling. Het had een vaste plaats in het onderwijs, bij redacties, vertalers, het gerecht en overal waar correcte taal en spelling belangrijk waren. Daardoor kreeg het een iconische status en dachten veel mensen ook dat alleen de woorden die in het Groene Boekje stonden ook écht bestonden (en de rest dus niet). En daardoor geraakte de officieuze benaming Groene Boekje volledig ingeburgerd, en belandde de eigenlijke titel op de achtergrond.
Wanneer werd “Groene Boekje” dan de officiële titel? Niet: strikt genomen is Woordenlijst Nederlandse Taal is nog steeds de enige titel. Maar in 2005 stond het Groene Boekje wel in witte letters op de iconische achtergrond op de flap te pronken. Alleen daar, want op de titelpagina zelf is het nog steeds Woordenlijst Nederlandse Taal.
Geen nieuwe hervorming
Zoals gezegd kreeg het papieren Groene Boekje er in 2005 een online zusje bij. Aangezien het geen boek is en er nergens sprake is van een groene kleur, werd de oorspronkelijke titel hiervoor gebruikt: woordenlijst.org. In eerste instantie was woordenlijst.org de uitgebreide online (en gratis) versie van het Groene Boekje van 2005, met een goede 100.000 ingangen. Voor de papieren versie van 2015 werd hieruit een selectie gemaakt van de frequentste, vaakst opgezochte en op spellingvlak lastigste woorden. Die bevatte ongeveer 52.000 trefwoorden, iets meer dan de helft van het online zusje dus.
De papieren versie van 2015 bevatte ongeveer 52.000 trefwoorden, iets meer dan de helft van het online zusje
Een online naslagwerk heeft veel voordelen tegenover zijn papieren tegenhanger. Omvang is geen probleem meer, de woordenlijst kan tot in het oneindige uitgebreid worden. De gebruiker heeft veel meer zoekmogelijkheden dan bladeren door een alfabetische lijst. Bovendien kan de site met enkele muisklikken vlot worden bijgewerkt, aangevuld en gecorrigeerd.
Dat laatste betekent niet dat om het even wie om het even wat aan die lijst kan wijzigen. Beslissingen over de officiële spelling, zowel van specifieke woorden als over de regels zelf, worden nog steeds genomen binnen de schoot van de Taalunie. Concreet gaat de Commissie Spelling hierover, een groep van vier taalprofessionals die enkele keren per jaar samenkomt om spellingkwesties te bespreken en de nodige aanpassingen door te geven aan het Instituut voor de Nederlandse taal, die de website beheert. Op de site is te zien wanneer de laatste update is gebeurd en welke woorden zijn toegevoegd.
In 2015 werd dan ook de vraag gesteld of een nieuwe papieren editie nog wel nodig was, nu er een gratis online alternatief was. Dirk Caluwé, voorzitter van de Commissie Spelling, vertelt hierover: “Omdat een grote groep mensen nog steeds weinig tot geen toegang had tot het internet, of gewoon liever met een papieren naslagwerk werkte, hebben we toen beslist om het Groene Boekje toch nog op papier uit te brengen.”

Intussen worden naslagwerken als encyclopedieën en woordenboeken bijna uitsluitend nog online geraadpleegd (tenzij er geen onlineversie van bestaat). Woordenlijst.org zelf is bijna verdubbeld in omvang en bevat naast de klassieke spelling- en woordinformatie nu ook veel meer grammaticale informatie, zoals woordsoorten, vervoegingen en verbuigingen, hier en daar zelfs uitspraakinformatie.
De vraag of er nu, in 2025, nog wel nood was aan een papieren versie, was dus nog stringenter dan tien jaar eerder. Dirk Caluwé: “Omdat er nog steeds een, weliswaar krimpende groep mensen is die de voorkeur geeft aan een papieren naslagwerk, heeft het Comité van Ministers beslist om toch nog een editie uit te geven. Maar omdat de focus steeds meer op online komt te liggen, is het in principe wel de laatste. Er zijn op dit moment ook geen spellinghervormingen of -wijzingen gepland.”
Tenzij een nieuw Comité van Ministers daar ooit, wie weet, toch weer anders over beslist.
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.