Deel artikel

Lees de hele reeks
geschiedenis

Van Marken, ondernemer in gist en idealen

14 november 2025 9 min. leestijd Iedereen filantroop

In de negentiende eeuw komt de sociale ondernemer op: een bedrijfsleider die huisvesting, onderwijs, ontspanning en gezondheidszorg voorziet voor zijn fabrieksarbeiders. Jacques van Marken en zijn vrouw Agneta Matthes horen bij de eerste industriële filantropen in de Lage Landen, onder het motto: ‘Breng ieder uur een woord een daad / die voor de wereld iets achterlaat.’

Eind negentiende eeuw kust Jacques van Marken (1845-1906) met zijn vrouw Agneta het ingeslapen stadje Delft wakker. De ambitieuze ingenieur begint er in 1869 de gistfabriek en later Calvé. De twee bedrijven groeien uit tot multinationals. Zo begint de industriële revolutie in Delft met de komst van dit echtpaar, maar het unieke is hun sociaal werkgeverschap. Ze willen het lot van de werkman verbeteren en creëren honderdzeven voorzieningen voor het personeel.

Dat gaat niet altijd zonder slag of stoot. In 1878 verrast Jacques de aandeelhouders van zijn bedrijf met het voorstel voor een ouderdomsvoorziening: “Ik wil geen oude paarden zonder hooi op stal zetten.” Voortaan mogen de gistarbeiders op hun zestigste met pensioen. Als een visionair creëert hij voorzieningen die vijftig tot tachtig jaar later gemeengoed worden in Nederland. In 1884 wordt zijn fabrieksdorp geopend, het Agnetapark, gefinancierd met eigen geld. Het vier hectare grote park wordt ontworpen door landschapsarchitect Louis Paul Zocher; de achtenzeventig woningen zijn een creatie van de hoogleraar architectuur Eugen Gugel. Midden in het park komt villa Rust Roest, de directiewoning van Jacques en Agneta.

Het park, dat functioneert als een verzorgingsstaat avant la lettre, zal sociaal bewogen ondernemers als Philips en Stork inspireren tot een vergelijkbaar initiatief, maar dan dertig jaar later. Anno 2025 is het Agnetapark een rijksmonument en eigendom van een projectontwikkelaar. De helft van de bewoners heeft nog een band met de fabriek (nu: DSM-Firmenich) en huurt voor een schappelijke prijs.

De ideeën van de Delftse ondernemer zijn revolutionair. Met vijf ondernemers uit Frankrijk en Engeland richt hij in Parijs in 1879 de Sociéte pour l’étude pratique de la participation aux bénéfices op. Op de bijeenkomsten maakt hij kennis met vooruitstrevende industriëlen als pianofabrikant Bord, uitgever Chaix, katoenfabrikant Engel-Dolfuss, kachelfabrikant Godin en schilderpatroon Leclair… Die laatste inspireert Van Marken tot de creatie van een ondernemingsraad: De Kern (1878). In 1891 introduceert hij het “dividend van de arbeid” en profiteert het personeel voortaan net als aandeelhouders van de goedlopende gistfabriek. Een slimme ondernemersvisie – “verzoenen van Arbeid en Kapitaal” – zorgt ervoor dat zijn ondernemingen bloeien en ook de arbeiders en hun gezinnen er de vruchten van plukken.

Het motto van Van Markens gistfabriek is: ‘De fabriek voor allen / allen voor de fabriek’

Machinefabrikant Stork uit Hengelo is een Nederlandse geestverwant. Ze gebruiken ideeën van elkaar: een bedrijfskrant (De Fabrieksbode), zoals een ambachtsschool waardoor jongens in de voetsporen van hun vader kunnen treden… In België is rond diezelfde tijd industrieel en mecenas Ernest Solvay bezig met initiatieven om het leven van de arbeiders te verbeteren.

Het motto van Van Markens gistfabriek is “De fabriek voor allen / allen voor de fabriek.” Van Marken kan zo genereus zijn als sociaal ondernemer omdat hij ook geweldig commercieel is en vernieuwend als “reclameman”. Zo verovert hij bijvoorbeeld de Engelse gistmarkt door driehonderd Engelse bakkers een snoepreisje naar Delft aan te bieden. Hij noemt het “a pelgrimage to yeastland”. Het is een investering van tienduizend gulden, maar die heeft hij na een paar weken al terugverdiend.

Hectisch leven

Het leven van Jacques van Marken (1845-1906) is als een rollercoaster. Hij groeit op in weelde in Amsterdam als zoon van een dominee. Op zijn zeventiende gaat hij in Delft studeren aan de Polytechnische School (voorloper van de huidige Technische Universiteit), maar hij wil liever dichter worden. Hij leidt de eerste drie studiejaren het bestaan van een bohemien tot hij, negentien lentes jong, op een soirée musicale in Amsterdam de zeventienjarige Agneta Matthes ontmoet. Ze verloven zich een jaar later. Hij belooft haar zijn literaire arbeid aan de kapstok te hangen, gaat serieus “blokken” en voltooit als eerste de nieuwe studierichting Technologie. Die bereidt de ingenieur voor op de industriële revolutie die zich op dat moment in Nederland voltrekt.

Jacques ziet nu de ernst van het leven. Hij wil zich “maatschappelijk nuttig maken” en een bijdrage leveren aan de Sociale Questie: het maatschappelijke vraagstuk van de slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders. Agneta, ook in weelde opgegroeid, belooft hem daarbij te helpen. Jacques schrijft het gedicht ‘Levensidealen’, waarin hij zijn kernwaarden vastlegt. De afsluitende regel luidt:

Breng ieder uur een woord een daad
die voor de wereld iets achterlaat

In 1869 trouwen Jacques en Agneta en richten in Delft de Nederlandse Gist en Spiritusfabriek (NG&SF) op en gaan volgens een Weens procedé bakkersgist maken. Agneta zal met het restproduct spiritus de parfumfabriek Maison Neuve beginnen, en met haar in Delfts blauwe flacons verpakte reukwaters zal ze prijzen winnen op wereldtentoonstellingen in Parijs en Australië. Ze groeit uit tot een rolmodel voor de vrouwenbeweging. Tragiek blijf haar niet bespaard. Na een miskraam in haar eerste huwelijksjaar wordt duidelijk dat ze nooit kinderen zal kunnen krijgen. Haar echtgenoot maakt een jaar later Maria Eringaard, een jong meisje uit Scheveningen, zwanger en begint een hectisch dubbelleven. Maria zal zes kinderen van hem krijgen, waarvan er drie vroeg sterven. Jacques huurt voor zijn minnares een huis in Rotterdam en combineert bezoeken aan de graanbeurs met visites aan “zijn gezin”. 

In 1885 gaat het echtpaar Van Marken in het eigen fabrieksdorp wonen om als een vader en moeder over de arbeidersgezinnen te waken. Van Marken gaat zijn verjaardag met zijn personeel vieren als Gemeenschapsdag, een spectaculair feest waarbij de dag begint met een aubade aan de directeur. De grootste vijand van Van Marken is de socialist Ferdinand Domela Nieuwenhuis. De leider van de SDB (Sociaal-Democratische Bond) spreekt smalend van de “Delfts Gistrepubliek” en noemt Van Marken een “wolf in schaapskleren”, een man die zijn werknemers net iets meer betaalt dan andere ondernemers, waardoor ze niet in opstand komen.

Rond zijn veertigste levensjaar raakt Van Marken ernstig overspannen en verslaafd aan morfine. Dat is het moment dat Agneta het dubbelleven van haar man ontdekt en grootmoedig handelt, wanneer diens minnares aan tbc overlijdt. Ze staat erop drie buitenechtelijke kinderen in huis te nemen. Ze is achtendertig en heeft het gevoel toch nog een gezin te hebben gekregen. In haar testament neemt ze op dat haar drie pleegkinderen het enorme kapitaal van haar en haar man zullen erven.

Van Parijs tot Brugge

Ondertussen is Van Marken uitgegroeid tot een internationaal veelgeroemde “modelfabrikant” en wordt hij door de Franse president Carnot uitgenodigd om over winstdeling te praten. Bij de Wereldtentoonstelling in Parijs (1889) wordt een reusachtige maquette van het Agnetapark geëxposeerd als voorbeeld hoe je voor arbeiders zou kunnen bouwen.

Van Marken groeit uit tot een internationaal veelgeroemde ‘modelfabrikant’ en wordt door de Franse president uitgenodigd om over winstdeling te praten

Ondanks zijn hevige morfineverslaving blijft Jacques grootste uitbreidingsplannen ontwikkelen. Wanneer hij in het voorjaar van 1897 kennisneemt van de plannen van de Belgische regering om de accijnzen op buitenlandse gist drastisch te verhogen, wil hij in België een filiaal opstarten om de aangekondigde importheffingen te ontlopen. Zijn oog valt op een jeneverstokerij in Brugge. Eigenaar Jules Verstraete, op dat moment ernstig ziek, is blij met het bod van 465.000 gulden en doet afstand van het bedrijf. Moeder Verstraete, Bonne-Maman genoemd, die het bedrijf had opgebouwd, mag in het woonhuis naast de fabriek blijven wonen. Op 1 juli 1897 wordt de overname van de Brugse stokerij bezegeld. De fabriek, gelegen aan ’t Klein Sas langs de reien, is nu officieel een dochteronderneming van de NG&SF. Daarmee is de dreigende accijnsproblematiek bezworen en blijft België een belangrijk afzetgebied voor de Koningsgist.

Ter gelegenheid van de overname wordt op zaterdag 24 juli in Brugge een “echt verbroederingsfeest” georganiseerd, waarbij Jacques frank en vrij danst met de Vlaamse arbeidersvrouwen en Agneta met de werklieden. De deftige Belgische gasten zien het met lede ogen aan, maar in de lokale krant De Brugse Beiaard wordt het echtpaar Van Marken geprezen voor de wijze waarop het burgers en arbeiders op gelijke voet plaatst en met evenveel voorkomendheid ontvangt. Frans Waller, neef van Jacques van Marken en diens beoogde kroonprins die al drie maanden in Brugge werkt, spreekt die avond de feestvierende massa in het “Vlaomsch” toe. Van Marken roept even later de “oude Verbeecke” naar voren, een vijfenzeventigjarige molenaar die bijna een halve eeuw voor de fabriek heeft gewerkt. Terwijl hij Verbeecke toespreekt, haalt hij het gouden Maltezer kruis van zijn eigen revers en “hecht dit op de borst van de oude getrouwe vast. Welk hart kon daarbij ongevoelig blijven? Aller oog was vochtig en is het wonder dat dit treffend ogenblik, naar eenstemmig oordeel, als het schoonste van het gehele feest, in aller geheugen als onbeschrijflijk en onvergetelijk voortleeft?”, schrijft De Brugse Beiaard.

Waller blijft in Brugge – hij laat zijn gezin voor een half jaar overkomen – en reorganiseert de boel grondig. Het productieproces is zwaar verouderd; er wordt omgeschakeld naar het Delftse model. Geregeld brengt Waller de nacht in de fabriek door, slapend op graanzakken. Het duurt een paar jaar voordat de Belgische fabriek getransformeerd wordt tot een goedlopend bedrijf. Ondertussen bouwt men voor het Brugse personeel aan een uniek pakket sociale voorzieningen. Net als in Delft hecht Van Marken hier grote waarde aan de ontwikkeling en ontspanning van de Vlaamse arbeiders en hun gezinnen. De vereniging die dat doel moet verwezenlijken, krijgt – net als de villa in het Nederlandse fabrieksdorp – de naam Rust Roest. Al snel ontstaat er een turnafdeling La Royale (1911), voetbalclub De Ster (1911), muziekvereniging Kunst Veredelt (1921). In de nabijheid van de fabriek worden voor de gistarbeiders zesentwintig sociale woningen gebouwd: de Stokersstraat. Architect is Maurice De Meester. Hij is ook de man die in 1925 het kantoorgebouw van de Gistfabriek aan de Komvest mag ontwerpen. De ontvangsthal met een glazen koepel en marmeren trappen, uitgevoerd in art-decostijl, is een monumentaal pareltje.

De door Van Marken gewenste “verbroedering” wordt na zijn dood in 1906 voortgezet door jaarlijks een voetbalwedstrijd tussen de Brugse en Delftse gistarbeiders te organiseren. Tot in de jaren zeventig van de vorige eeuw vinden deze beladen confrontaties plaats.

Mensenkenner en mensenvriend

Aan het einde van zijn leven maakt Van Marken de balans op. Zo schrijft hij in 1893 vlammende artikelen waarin hij beschrijft waaraan de industrieel allemaal moet voldoen. Hij moet een bouw- en werktuigkundige zijn, een wetenschapper, koopman, administrateur én een mensenkenner en mensenvriend. Dat laatste om “de gemeenschappelijke arbeid van zijn beambten en werklieden zodanig te leiden, dat de arbeid van ieder enerzijds wordt vereenvoudigd tot de geringst mogelijke inspanning en wordt veraangenaamd door de hoogste welwillendheid en rechtvaardigheid in het onderling verkeer en eindelijk wordt beloond naar werk en naar werken op de ruimste wijze, die de tijdelijke en plaatselijke omstandigheden en de gang van zaken toelaten en vorderen”.

Hij concludeert dat het niet realistisch is om van een industrieel te eisen dat hij voor al deze functies gekwalificeerd zou zijn. Ieder ontwikkeld mens heeft immers een geest die, afhankelijk van scholing of voorliefde voor een van de genoemde vakken, zich in een bepaalde richting zal bewegen. Dat is niet erg, betoogt Jacques. Waar zijn kennis of werkkracht tekortschiet, moet de fabrikant steun zoeken in de raad van anderen of nauw met hen samenwerken. Pas dan kan een fabrikant zich “verheffen tot industrieel”. Opmerkelijk is dat de vijf eigenschappen die Jacques opsomt exact de talenten zijn die in hem verenigd zijn. 

Door zijn schrijftalent en liefde voor taal kan Van Marken zijn ideeën verspreiden en op internationale podia furore maken met spraakmakende lezingen

En dan heeft hij een zesde kwalificatie – die van schrijver – niet eens genoemd. Door zijn schrijftalent en liefde voor taal – hij beheerst ook vlekkeloos het Frans, Duits en Engels – kan hij zijn ideeën verspreiden en op internationale podia furore maken met spraakmakende lezingen over winstdeling en de coöperatievorm. Industrieel en filantroop William Lever creëert nabij Liverpool een eigen fabrieksdorp, geïnspireerd door het Agnetapark: Port Sunlight. In Eindhoven is het Philips dat voor het personeel vergelijkbare voorzieningen als Van Marken ontwikkelt: Philipsdorp, personeelsverenigingen…

Wonderlijk genoeg is het echtpaar Van Marken anno 2025 niet zo bekend meer. Dat komt vooral omdat ze, zoals bij Heineken en Philips wel gebeurde, hun achternaam niet aan de bedrijven hadden verbonden. Hun sociale gedachtegoed blijft echter zeer waardevol en inspirerend. Iedere ondernemer zou er kennis van moeten nemen. 

Jan van der Mast

Toneel- en romanschrijver, publiceerde onder meer de roman Agneta en de biografie Jacques van Marken. De eerste sociaal ondernemer (Nieuw Amsterdam, 2019)

Geef een reactie

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [0000000000003b460000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)