Deel artikel

kunst

Meesurfen op de golven van het leven: Jan Rot (1957-2022)

23 april 2022 10 min. leestijd

Zijn studie Nederlands hield hij geen maand vol, maar de Nederlandstalige muziek heeft Jan Rot uiteindelijk wel kunnen verrijken: met een paar eigen klassiekers en vooral met talloze vertalingen – of beter: hertalingen – van grote pophits en befaamde composities. Hij was op zijn best als hij een niet-Nederlandse situatie wist te verplaatsen naar een herkenbaar decor.

De dood kondigde zich bij Jan Rot in twee stappen aan. In de zomer van 2021 liet de zanger-liedschrijver op Facebook weten dat hij ongeneeslijk ziek was: “Ik word niet meer beter. Uitzaaiingen alom.” Op zijn Twitteraccount had hij eens geschreven: “Meer dan veertig jaar in de muziek en nooit een dag ziek geweest.” Dat bericht heeft hij toen maar weggehaald.

Rot heeft altijd als levenshouding gehad dat je moet meesurfen op de golven van het leven. Daarom is hij na het ontvangen van het medische vonnis gewoon doorgegaan met zijn programma OK Boomer, waarin hij teruggaat naar de jaren 1960, want optreden zag hij als een medicijn tegen de pijn. Hij gaf nog vele interviews, deed verslag van het verloop van zijn ziekte in columns in het Algemeen Dagblad, men vervulde zijn wens om nog een keer mee te doen aan het televisiespel De slimste mens (en weer kwam hij heel ver) en hij plande een groot afscheidsconcert in het Nieuwe Luxor in Rotterdam. Dat concert met vrienden moest een keer worden uitgesteld in verband met de coronamaatregelen, net zoals de musical Mathilda, gebaseerd op het boek van Roald Dahl, waarvoor Rot de vertaling had gemaakt. Zijn feestelijke afscheid in het Nieuwe Luxor moest definitief afgelast worden, toen Rot begin april hoorde dat zijn conditie opeens snel achteruit holde.

Op 6 april 2022 schreef hij op Facebook: “Na een nieuwe scan is als een mokerslag aangekomen dat ik niet nog – zoals verwacht – een paar maanden, maar eerder een paar weken te leven heb. Ik dank iedereen voor alle warmte, steun en applaus de afgelopen decennia. Ik ben nog niet weg hier, maar zeg het alvast: het was een prachtig leven. Liefs, Jan.” Jan Rot heeft helaas geen volledige lente meer mee mogen maken: op vrijdag 22 april is hij overleden.

Zeven jaar geleden vertaalde Rot ‘My Way’, de klassieker van Frank Sinatra waarin hij zijn leven overziet. Toen Rot aan de vertaling begon dacht hij: als ik het nu alvast doe, hoeft dat niet meer als ik eens echt ziek word.

Dit was wat ik was
Zie ik het doek al langzaam sluiten
Mijn vriend, geen punt voor mij
Ik sluit het boek, ken het van buiten
Voor twee heb ik geleefd
Waar ‘alles doen’ mijn grootste kick was
Maar meer, veel meer dan dat
Dit was wat ik was

Een belangrijk moment in de Nederlandse kleinkunstgeschiedenis is de overstap van Jan Rot in 1990 van Engelstalige popmuziek naar Nederlandstalig repertoire. Als rocker met Engelse liedjes heeft Rot een paar kleine noteringen in het achterveld van de hitparade gescoord die de eeuwigheid niet zullen trotseren. Als schrijver van Nederlandse liedjes en vooral als vertaler/hertaler van internationale hits naar het Nederlands heeft hij een unieke plek veroverd. Het is spijtig dat de befaamde Pluche-reeks van uitgeverij Nijgh & Van Ditmar niet meer bestaat, want Jan Rot zou met zijn vertalingen een deel in die reeks van Nederlandse chansons en cabaretliederen zeker waard zijn geweest.

Jan Rot of John Rotten?

Jan Rot werd geboren op kerstnacht 1957 in Makassar, Indonesië. Zijn vader was arts en door de gereformeerde kerk uitgezonden naar Indonesië. Het kerstkindje vermaakte zich prima in Indonesië, tot hij tijdens een verlof in Nederland popmuziek leerde kennen. Terug in Indonesië kreeg de jonge Rot af en toe een pakket met singles en muziekblaadjes en nieuws over voetbalclub Ajax. Hij kwam in zijn eigen wereld terecht, maar op de verkeerde plaats, in Indonesië. Toen hij 12 was, keerde het gezin definitief terug naar Nederland, tot groot genoegen van moeder en zoon Jan.

Vijf jaar later maakte hij naar eigen zeggen mondiale popgeschiedenis. De familie Rot was in Londen. Jan kwam in een kroeg terecht, waar een bandje speelde. Een van de muzikanten, die zich voorstelde als John, vroeg een vuurtje. Jan zei dat hij ook John heette en als je zijn achternaam zou vertalen zou het John Rotten worden. Dat vond die Engelse gast helemaal te gek: “What a fucking great name, lad!” Twee jaar later braken de Sex Pistols met zanger Johnny Rotten door. In 1977 speelden ze in Groningen. Rot heeft de frontman van de Britse punkband na afloop van het concert aangesproken: “You stole my name, remember?” Maar hij kreeg geen bevestiging, want de punker was op dat moment meer met bier en de Groningse vrouwen bezig.

Jan Rot was naar Groningen gekomen om Nederlands te studeren. Dat heeft hij drie weken volgehouden. Daarna stapte hij over naar de lopende band van een ijsfabriek. Daar bleef hij een maand en toen ging hij doen wat hij altijd al wilde doen: muziek maken met zijn eerste band Streetbeats. In 1979 verhuisde hij naar Amsterdam, waar hij met de band Ratata drie succesloze plaatjes opnam. In 1982 verscheen zijn solodebuutalbum Single, met de bescheiden hit ‘Counting Sheep’. Het was ploeteren. In 1987 verscheen Rot, Warm & Tender, waarop hij praktisch alle instrumenten zelf bespeelde. Ondanks de mooie kritieken was de verkoop minimaal. Zo werd de ironische ondertitel 24 Jan Rot Fans Can’t Be Wrong de realiteit.

Roy Orbison voor de polder

In 1991 schakelde Jan Rot om van rocker in jeugdhonken naar verteller/zanger in nette zalen. Daar wilde men wel luisteren naar zijn in milde ironie verpakte Weltschmerz en zijn voor de polder geschikt gemaakte Roy Orbison-achtige repertoire. Het was in het begin misschien een beetje moeizaam, want wie zo dicht tegen de kitsch aanzit moet eerst doorgelicht worden. Maar zijn publiek kreeg al snel in de gaten dat er geen nep aan Jan Rot zat.

Na een rusteloze periode in het lhbt-circuit ging hij op zoek naar een vrouw met wie hij de rest van zijn leven wilde delen. Dat werd de fotograaf/schrijver Daan de Launay, met wie hij in 2001 trouwde en met wie hij vier kinderen kreeg. Voordat het gezin in Rotterdam neerstreek hebben de zes Rotjes nog een tijdje in Antwerpen gewoond en waren heilig van plan om Nederbelg te worden. Ondanks het prachtige huis met vijf verdiepingen was de emigratie voor vader Jan geen succes: “Het was alsof ik weer in mijn jeugd zat. Ik miste Nederland.”

Van Bløf tot Bach

Halverwege de jaren 1990 heeft Rot de lol van liedjes vertalen ontdekt. Hij schreef daarna nauwelijks nog eigen nummers, maar zijn vertalingen werden door een breed scala aan artiesten gezongen, onder wie Rob de Nijs, Karin Bloemen en Bløf. Hij beperkte zich niet tot het poprepertoire (“Ik ben ongetwijfeld wereldwijd gezien de artiest die de meeste nummer 1-hits op zijn naam heeft staan. Als je alles achter elkaar draait wat ik heb vertaald, ben je wel een paar weken 24 uur per dag bezig”), maar vertaalde ook het Hollands Requiem van Brahms, liederen van Schubert en Schumann en de Mattheuspassie van Bach.

Op het podium zocht hij samenwerking met onder meer Marjolein Meijers, de helft van het opgedoekte volkse Rotterdamse cabaretduo De Berini’s. Het tweetal bracht als Jan + An meerdere cd’s en theaterprogramma’s uit en speelde vooral in de kleinere zalen. Een aantal keren, onder meer voor zijn zestigste verjaardag, huurde hij voor een ‘Rotavond’ het grote Carré in Amsterdam af.

Jan Rot had de adem van een diepzee-parelvisser zonder zuurstoffles. Onverzettelijk en energiek en zo nu en dan kwam hij met een kostbare parel boven. Hij heeft in ruim veertig jaar zwoegen honderden liedjes geschreven en vertaald, hij schreef nummers voor de Nederlandse aanloop naar het Eurovisiesongfestival, die het niet haalden, hij leverde teksten aan André Hazes, die niet werden gebruikt. Maar in 2016 kreeg hij eindelijk het volle licht en massale lof voor het lied ‘Stel dat het zou kunnen’. Al acht keer had hij een nummer ingestuurd voor de Annie M.G. Schmidtprijs, die wordt uitgereikt aan de makers van het beste theaterlied van het seizoen. En nu was het eindelijk raak. Hij had al eens eerder een beeldje ontvangen (waarvan alleen het voetstuk nog rest) van het poptijdschrift Hitkrant in de categorie favoriete zanger 1982, maar de Annie M.G. Schmidtprijs was zijn eerste echte vakprijs, ook al hadden recensenten de teksten van Rot en vooral zijn vertalingen al veelvuldig geroemd.

De kiem van het lied was gelegd tijdens een radio-interview. Op de vraag van de journalist wie hij zou uitnodigen als hij het laatste avondmaal mocht organiseren, wist Rot zo snel geen antwoord. Thuis begon hij over die intrigerende vraag na te denken en tikte op zijn computer de volgende zinnen in:

Stel dat het zou kunnen… met wie wil je dineren?
Wordt het Jezus, Albert Einstein of Martin Luther King?
Of wordt het Bach of Mahler? De jonge Pavarotti?
Of nee natuurlijk Elvis, dat ie even voor je zingt.

Maar een uurtje later vond hij zo’n opsomming van helden toch niet zo interessant meer en schreef hij:

Nee, geef me maar een uurtje met mijn eigen moeder
Mijn lieve, lieve moeder, ze is al zo lang dood
Dan kroop ik in haar armen en zij streek door mijn haren
En zei met milde spot: God, kind, wat ben je groot…

Tijdens een try-out van zijn programma Kampvuur zong hij het lied over zijn jong overleden moeder met enige terughoudendheid, bang dat het publiek het een sentimentele draak zou vinden. Niet alleen in het kleine zaaltje op het Waddeneiland Vlieland, maar ook later in de studio, toen hij het met zijn band opnam, bracht hij er mensen mee aan het huilen, en niet in de laatste plaats zichzelf.

Stop de tijd

Een deel van het prijzengeld van de Annie M.G. Schmidtprijs (dat slechts 3.500 euro bedraagt, het blijft ten slotte Nederland) maakte hij direct als bonus over aan zijn muzikanten. De rest stak hij in de productie van het album #stopdetijd. Hij putte voor dat album uit “de catacomben”, de gigantische voorraad demo’s die hij de vorige eeuw op cassette, 19 cm-tape, minidisc of DAT had opgenomen. Hij moest die nummers wel eerst uit het Engels vertalen, want als rocker in de jaren zeventig en tachtig vond hij Nederlands niet interessant. In de gelijknamige liedtekstbundel #stopdetijd staat bijna alles wat Rot na 1977 heeft geschreven. De doos met eerdere teksten is door zijn vader per abuis bij het oud vuil gezet.

In 2018 toerde de zanger met zijn “Rotband” door Nederland met het programma Het Beste, waarin hij het publiek door zijn lange carrière leidde en ook ‘Stel dat het zou kunnen’ niet ontbrak. Natuurlijk kreeg de zaal een paar Engelse moppies voorgeschoteld, die niet al te veel voorstellen. Maar het was volop genieten van zijn hertalingen, waarbij iedereen aan de beurt kwam, van The Beatles en The Kinks tot aan de liederen van de Duitse en Oostenrijkse klassieke componisten. Een hertaler is niet zozeer op zoek naar de letterlijke vertaling, maar wil vooral de sfeer, het ritme en de klanken van het originele liedje vangen. Zo kwam Rot voor het tweelettergrepig gezongen woord ‘Fire’ van de Pointer Sisters verrassend uit bij “tering” zonder de intentie van dit liefdeslied aan te tasten. Sterker nog, het lied krijgt er een extra mild ironische lading bij. Een enkele keer schiet Rot wel door. ‘Angie’ van de Stones wordt in ‘Ankie’ (met de rijmwoorden bankie, dankie, stankie etc) een vrolijk melig cabaretliedje. Een geweldige vondst daarentegen is ‘Plank over zeven sloten’ voor ‘Bridge over Troubled Water’.

Rot was geweldig als hij een niet-Nederlandse situatie wist te verplaatsen naar een herkenbaar Nederlands decor. ‘Penny Lane’ van The Beatles verhuisde naar de Amsterdamse wijk de Jordaan en Randy Newmans rednecks wonen bij Rot in de Noord-Nederlandse provincie Drenthe. Een hertaling brengt een nummer soms veel dichterbij dan het oorspronkelijke lied. Zo heeft Rot het Vietnam-lied ‘Goodnight Saigon’
van Billy Joel naar de Politionele Acties in Indonesië gehaald, een gitzwarte bladzijde in de Nederlandse koloniale geschiedenis.

De eerste actie begon in juli
en niemand dacht meer aan Multatuli
Je schoot met scherp bij iets verdachts
er hielp geen bijbel tegen hun stille kracht.

Jan Rot, die meer dan 25 albums heeft opgenomen, is als vertaler op een gegeven moment ook op de radar van de musicalproducenten gekomen. Hij vertaalde de liedjes van onder meer Tommy, Jersey Boys, Love Story en Hair. Niet zelden overtrof hij het origineel: “Black boys are delicious” uit Hair werd bij Rot: “Zwart zaad is verslavend.”

Vlak voor de coronacrisis uitbrak in het voorjaar van 2020 ging zijn vertaling van de musical Hello Dolly in première. Daarna viel vrijwel direct het doek om niet meer geopend te worden. Rot heeft gehuild voor het productiebedrijf en de spelers, maar niet voor hemzelf. “Mijn werk zat erop en ik heb de voorstelling gezien. Wel jammer dat ik waarschijnlijk een musical award ben misgelopen.”

Tijdens de pandemie-periode van thuis zitten bewerkte hij voor zichzelf Carousel, de musical van You’ll Never Walk Alone, en verplaatste het verhaal naar de Rotterdamse wijk Katendrecht van 1873. Het staat allemaal op zijn harde schijf, dus misschien verschijnt het nog wel eens in het theater. Zijn computer zal ongetwijfeld nog meer verborgen schatten herbergen.

Rot heeft zijn leven in blessuretijd nagedacht over zijn definitieve afscheid. Wie er moet spreken en zingen. Nee, zoiets was hij niet van plan. Hij wilde nog tijdens zijn leven een feest geven en de uitvaart schrappen, want: “Zonder mij is er geen hol aan.” Dat plezier is hem helaas niet gegund.

Website Jan Rot

Patrick-van-den-Hanenberg

Patrick van den Hanenberg

theaterrecensent, schrijver, musicalauteur

Reacties

Reacties zijn gesloten.

Lees ook

		WP_Hook Object
(
    [callbacks] => Array
        (
            [10] => Array
                (
                    [00000000000027c60000000000000000ywgc_custom_cart_product_image] => Array
                        (
                            [function] => Array
                                (
                                    [0] => YITH_YWGC_Cart_Checkout_Premium Object
                                        (
                                        )

                                    [1] => ywgc_custom_cart_product_image
                                )

                            [accepted_args] => 2
                        )

                    [spq_custom_data_cart_thumbnail] => Array
                        (
                            [function] => spq_custom_data_cart_thumbnail
                            [accepted_args] => 4
                        )

                )

        )

    [priorities:protected] => Array
        (
            [0] => 10
        )

    [iterations:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [current_priority:WP_Hook:private] => Array
        (
        )

    [nesting_level:WP_Hook:private] => 0
    [doing_action:WP_Hook:private] => 
)