We weten wat nodig is voor krachtig leesonderwijs. Nu alleen nog uitvoeren. Dat is de teneur van twee recente boeken over lezen in de klas. Leerlingen zijn niet opeens dommer geworden, maar er is wel meer nodig dan vroeger om ze mee te krijgen. Met ‘begrijpend lezen’ gaat dat niet per se lukken:
Twee recente boeken tonen dat wie meerdere talen beheerst over enorme troeven beschikt. Maar dan moet de overheid ook het belang van meertaligheid inzien.
Waar komt het woord fiets vandaan? Waarom nemen Franse jongeren de tromé in plaats van de métro? En waarom heeft het Russisch zoveel woorden uit het Nederlands geleend? Het boek Taalmysteries geeft antwoorden in veertig columneske miniatuurtjes die de nieuwsgierigheid prikkelen, maar af en toe ook
Wat gebeurt er in het Nederlands?! is een huldealbum voor Nicoline van der Sijs dat haar staat van dienst én karakter perfect reflecteert: beknopt maar gedetailleerd, populariserend maar niet betuttelend, enthousiasmerend maar met realiteitszin. Veel bijdragen gaan over taalvariatie en -verandering
Wat kun je in de klas doen met de diverse thuistalen van je leerlingen? Lidy Peters beschrijft het in Talen die de school in komen. Tijdens haar jaren op de praktijkvloer zag ze de wereld én de school veranderen, en ze weet de worsteling met meertaligheid dan ook goed weer te geven. Maar Peters wil
De lus in onze geschreven letter g zou veel prijsgeven over onze seksuele gewoontes en de z was bijna verdwenen uit ons alfabet: zulke wetenswaardigheden haal je uit Diedrik van der Wals boeiende, soms wat overvolle Alles begint met A. Bij Het Dikke Alfabetboek van Frank Landsbergen, dat gericht is
Met zijn boek Onderwijs in een gekleurde samenleving daagt socioloog Orhan Ağırdağ vastgeroeste denkpatronen en ingesleten overtuigingen over het Vlaamse onderwijs uit.
Het Vlaamse literaire tijdschrift Deus Ex Machina vraagt zich af welke plaats literatuur nog mag ambiëren binnen het onderwijs, en haalt de banden aan tussen de cultuursector, de academische literatuurwetenschap en dat onderwijs.
“Dit is geen zoveelste klaagzang”, schrijft recensente en cultuur