Een soort zingen als gekauwd glas. Nieuwe poëzie van Eva Gerlach
(Anneke Reitsma) Ons Erfdeel - 2004, nr 2, pp. 171-177
In 2003 vertaalde Eva Gerlach gedichten van de Italiaanse Nobelprijswinnaar Eugenio Montale en publiceerde ze drie dichtbundels en een prozawerk. Anneke Reitsma laat haar licht schijnen over deze indrukwekkende productie. Gerlachs poëzie is wat de vorm betreft steeds vrijer en inhoudelijk steeds ongrijpbaarder geworden, vindt Reitsma. Ze bevat een steeds hogere graad van “metaphysicalness”. Toch werpt haar poëzie soms te veel grammaticale horden op. Gerlach is op haar best wanneer ze de illusie van de werkelijkheid intact laat. Het artikel wordt gevolgd door vier gedichten.
Bespreking van: Eva Gerlach, Een bed van mensenvlees, De Arbeiderspers, Amsterdam / Antwerpen, 2003, 83 p., Eva Gerlach, Losse bedrading, De Arbeiderspers, Amsterdam / Antwerpen, 2003, 135 p., Eva Gerlach, Daar ligt het, Poetry International, Rotterdam / De Arbeiderspers, Amsterdam, 2003, 12 p.; Eva Gerlach & Marianne Aartsen, Jaagpad, Glance-Aside, Maastricht, 2003, 49 p., Eugenio Montale, Eindig. Late gedichten, De Arbeiderspers, Amsterdam / Antwerpen, 2003, 146 p. (vertaald door Eva Gerlach).
Verder lezen?
Dit is een artikel waarvoor je moet betalen. Koop dit artikel of neem een abonnement om toegang te hebben tot alle verhalen van de lage landen.
Reactie plaatsen
Aanmelden